Inhoud

• sclera

  
  

  De sclera, ook bekend als het wit van het oog, is de ondoorzichtige, vezelige, beschermende, buitenste laag van het oog die voornamelijk collageen en wat elastische vezels bevat. Bij mensen is de hele sclera wit, in tegenstelling tot de gekleurde iris, maar bij andere zoogdieren komt het zichtbare deel van de sclera overeen met de kleur van de iris, dus het witte deel vertoont normaal niet. Bij de ontwikkeling van het embryo is de sclera afgeleid van de neurale top. Bij kinderen is het dunner en vertoont het een deel van het onderliggende pigment, dat enigszins blauw lijkt. Bij ouderen kan vetafzetting op de sclera het iets geel doen lijken. Het menselijk oog is relatief zeldzaam voor een iris die klein genoeg is om zijn positie duidelijk zichtbaar te maken tegen de sclera. Dit maakt het voor een individu gemakkelijker om te concluderen waar een ander individu kijkt, en de coöperatieve ooghypothese suggereert dat dit is geëvolueerd als een methode voor non-verbale communicatie.

  
  

• Bindvlies

  De conjunctiva lijnt de binnenkant van de oogleden en bedekt de sclera (het wit van het oog). Het is samengesteld uit niet-verhoornd, gestratificeerd plaveiselepitheel met bekercellen, en ook gestratificeerd kolomvormig epitheel. Het bindvlies is sterk gevasculariseerd, met veel microvaten die gemakkelijk toegankelijk zijn voor beeldvormende studies.

• Sclera (zelfstandig naamwoord)

  Het wit van het oog. Het is de harde buitenste laag van het oog die de oogbol bedekt, behalve het hoornvlies.

• Conjunctiva (zelfstandig naamwoord)

  Een helder slijmvlies dat het binnenoppervlak van het ooglid en het blootgestelde oppervlak van de oogbol of sclera bekleedt.

• Sclera (zelfstandig naamwoord)

  de witte buitenste laag van de oogbol. Aan de voorkant van het oog is het continu met het hoornvlies.

• Conjunctiva (zelfstandig naamwoord)

  het slijmvlies dat de voorkant van het oog bedekt en de binnenkant van de oogleden bedekt.

  
  

• Conjunctiva (zelfstandig naamwoord)

  Het slijmvlies dat het buitenoppervlak van de bal van het oog en het binnenoppervlak van de deksels bedekt; het bindvliesmembraan.

• Sclera (zelfstandig naamwoord)

  witachtig vezelig membraan (albuginea) dat met het hoornvlies de buitenste bedekking van de oogbol vormt

• Conjunctiva (zelfstandig naamwoord)

  een transparant membraan dat de oogbol en het oppervlak van het ooglid bedekt